De laatste jaren had ik de boeken van Arnon Grunberg wat links laten liggen. Dit omdat er vaak zo veel zotte dingen gebeurden in een boek dat ik na een tijdje een beetje verveeld raakte, en ook wel een beetje geïrriteerd. Maar na het lezen van Tirza had ik de smaak wel weer te pakken. Ik vind Grunberg wel een goede schrijver en misschien had ik wel een beetje te hard en inflexibel geoordeeld over zijn rariteiten.
Dus vroeg ik aan Sinterklaas de goedkope editie van De joodse messias. Ik heb het boek in één (lange) ruk uitgelezen. Het is een heel ander boek dan Tirza, hier vind je alle rariteiten weer terug. Een teelbal die koning David heet, een man wiens voeten worden gefrituurd en nog veel meer. Soms worden met een onderkoelde ondertoon de raarste dingen verteld, en juist dan vind ik Grunberg op zijn best. Het is zó raar dat je tijdens het lezen regelmatig in de lach schiet. Dat daarnaast het verhaal ook overeind blijft staan en er zelfs in de loop van het boek wat losse eindjes aan elkaar worden geknoopt is erg knap.
Wel was ik het na 300 pagina's allemaal wel weer een beetje beu; meer van hetzelfde. Op een bepaald moment ben je zo gewend aan al die rariteiten dat het je niet meer aan het lachen maakt, en dat is zonde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten